Op Groninger Hoogte
Groningen
Jaar2007
TypeTentoonstelling (Op Groninger Hoogte – (N)ooit gebouwde projecten)
OpdrachtgeverGemeente Groningen
In samenwerking met Sipke Veenstra (grafisch ontwerp) en Marcus Petstra (ruimtelijke vormgeving)
Fotografie plattegrond: Marcel van der Schuur
Op Groninger Hoogte presenteerde 18 gebouwde en 18 niet gebouwde ontwerpen van Groninger architecten, als verkenning naar de lokale architectuurpraktijk, de werkwijze van lokale ontwerpers en hun (niet) uitgevoerde plannen. De tentoonstelling kwam voort uit het uitvoeringsprogramma van de architectuurnota Tekenen voor de stad, in 2006 geïnitieerd door toenmalig stadsbouwmeester Niek Verdonk. Als uithangbord van Groninger architectuur en ontwerpbureaus vormde de expositie tevens een staalkaart van het niveau ervan, een dwarsdoorsnede van de kwaliteit van ‘lokale’ architectuur. Was er zoiets als een typisch Groninger architectuur of ontwerppraktijk?
Dat de tentoonstelling tevens ongerealiseerde ontwerpen, ideeën, visies en initiatieven toonde, wierp nieuw licht op de gelaagdheid en veelzijdigheid van de lokale ontwerppraktijk. Elk bureau etaleerde een plan dat nog niet verder was gekomen dan de tekentafel, archiefkast of computer-back-up, terwijl deze volgens hen de moeite van het presenteren waard was. Dat een ontwerp niet is uitgevoerd, wil immers niet zeggen dat het geen waarde heeft voor het oeuvre van een architect, voor het denken over architectuur en stedenbouw, of voor de stadsontwikkeling als geheel. Niet gerealiseerde plannen behoren wel degelijk tot de ontwerppraktijk; ze geven inzicht in de werkwijze en ontwikkeling van bureaus, buiten de alledaagse bouwpraktijk om. Bovendien laten ze zien dat de stad zich niet statisch ontwikkelt, dat het stedelijk bouwwerk voortdurend verandert en dat het ontwerpen aan de stad zich continu ontwikkelt.
Op Groninger Hoogte was een uitnodiging aan ontwerpers en vakgenoten om de lokale praktijk kritisch tegen het licht te houden, een kans voor architecten om hun werk onder de aandacht te brengen en een verzoek aan alle bij het ontwerpen aan de stad betrokken partijen om gemotiveerd te blijven werken aan de stedelijke ontwikkeling van Groningen. Niet in de laatste plaats probeerde de tentoonstelling idee-vorming te stimuleren over de publieke taak die met architectuur verbonden is en over de rol van de lokale architectuurpraktijk hierin.